De eerste klimaatneutrale wijk van Nederland zegt nee tegen de moderne gezondheidszorg, die volledig afhankelijk is van fossiele brandstoffen. Toch zijn de inwoners net zo gezond als andere Nederlanders.
Collage: Golnar Abbasi & Arvand Pourabbasi. Read this article in English.
Hoe duurzaam is de moderne gezondheidszorg?
De moderne gezondheidszorg wordt alsmaar beter dankzij nieuwe technologie, nieuwe medicijnen, en nieuwe procedures. Maar ze is ook een grootverbruiker van energie en een belangrijke producent van broeikasgassen en andere vervuiling. Volgens een internationaal onderzoek is ongeveer 7% van alle uitstoot in Nederland (ongeveer 13 miljoen ton CO2e) te wijten aan de gezondheidszorg. Per Nederlander bedraagt die uitstoot 0,76 ton per jaar. Dat komt overeen met de emissies van meer dan 6.300 km autorijden.
Het moderne zorgsysteem is in hoge mate afhankelijk van fossiele brandstoffen. Een deel van de emissies komt van het directe energieverbruik – elektriciteit en verwarming. Vooral ziekenhuizen hebben een erg hoog elektriciteitsverbruik door het grote aantal medische apparaten en de hoge eisen op het vlak van verlichting en ventilatie in operatiezalen.
Daarnaast wordt meer dan de helft van het totale energieverbruik veroorzaakt door de productie van medische apparatuur, medicijnen en andere medische hulpmiddelen. Ook anesthesia zijn een belangrijke bron van emissies: het zijn potente broeikasgassen die vlak na gebruik direct in de atmosfeer terecht komen.
Apparaten en medicijnen
De ecologische voetafdruk van de gezondheidszorg is sinds relatief kort voorwerp van wetenschappelijk onderzoek. Zo kwam een recent onderzoek tot de bevinding dat het elektriciteitsverbruik van alle CT- en MRI-scans wereldwijd maar liefst 0,77% van alle emissies veroorzaakt – ook al heeft meer dan de helft van de wereldbevolking geen toegang tot medische beeldvorming voor het maken van diagnoses.
Een andere studie concludeerde dat de wereldwijde productie van medicijnen meer emissies produceert dan de wereldwijde productie van auto’s. Een onderzoek naar de uitstoot van anesthesia in Oostenrijk berekende het totale aantal emissies per jaar op 21.400 ton CO2-equivalenten – evenveel als de emissies van bijna 180 miljoen kilometer autorijden.
De gezondheidszorg maakt ook steeds vaker gebruik van wegwerpspullen. Dit zijn producten die gedragen worden door patienten en medisch personeel (mondmaskers, handschoenen, overschoenen, hoofddeksels), maar bijvoorbeeld ook handdoeken, basins, steriele plastic verpakking, injectiespuiten, medische hulpmiddelen en instrumenten.
Hoewel al deze producten in principe kunnen worden gedesinfecteerd, gewassen en opnieuw gebruikt, worden ze steeds vaker weggegooid na gebruik. Dat levert een berg afval op, maar het kost ook veel grondstoffen en emissies om alles telkens weer opnieuw te produceren.
Gezondheidszorg op Menskracht
De eerste klimaatneutrale buurt van Nederland is onafhankelijk van fossiele brandstoffen. Alle energie is afkomstig van lokaal geproduceerde, hernieuwbare energie: menskracht, biomassa, zon en wind. In die context is er geen plaats voor een energie- en koolstof-intensieve gezondheidszorg.
Omdat alle op elektriciteit werkende medische apparaten door menskracht moeten kunnen worden aangedreven, is hun aantal beperkt. Daarnaast werd gekozen voor apparaten die oorspronkelijk ontwikkeld werden voor ontwikkelingslanden, waar een onbetrouwbare elektriceitsvoorziening het gebruik van “normale” medische apparatuur onmogelijk maakt.
Zo staat er in het BoTu-ziekenhuis een machine die baarmoederhalskanker kan behandelen met behulp van perslucht, een veel zuiniger methode dan het gebruik van cryonische gassen. Om het gebruik van elektronische monitor-systemen te beperken, liggen patiënten op gedeelde kamers, zodat één verpleger of verpleegster een groter aantal patiënten in het oog kan houden.
Kruidengeneeskunde
Omdat de productie van moderne medicijnen zoveel energie kost, steunt het BoTu-ziekenhuis op de kruidengeneeskunde, waarvoor ze over een eigen laboratorium, kruidentuin en medicijnmannen en - vrouwen beschikt. De kruidengeneeskunde is gebaseerd op het eeuwenlang behouden en doorgeven van gebruiken uit verschillende culturen.
Moderne medicijnen zijn ook vaak op planten en kruiden gebaseerd, maar terwijl de traditionele kruidengeneeskunde hele planten (en combinaties van planten) inzet, extraheert de pharmaceutische industrie alleen de werkzame stoffen uit de planten. Dat maakt de dosering en het gebruik veel makkelijker, maar de chemische stappen om dit te bereiken kosten heel veel energie.
Voorbeelden van geneeskrachtige planten die in het BoTu-ziekenhuis worden gekweekt zijn goudsbloem (helpt tegen keelontsteking en maagzweren), sintjanskruid (infecties en depressie), kamille (zuurbranden en verkoudheid), valeriaan (stress en hartkloppingen), rozenbottel (artrose en aandoeningen van de luchtwegen), hennep (pijn en asthma), brandnetel (blaasontsteking en diarree), kruidnagel (desinfectie en verdoving) en ginseng (diabetes en erectiestoornissen).
Er zijn ook voedingsmiddelen met geneeskrachtige werking, zoals citroenen (verhogen de weerstand tegen infectie), uien (geven verlichting bij bronchiale infecties) en look (versterkt de longen).
Verdovingsmiddelen
Zonder narcose zijn maar weinig operaties mogelijk. Het inhaleren van gassen kost echter te veel emissies, en dat kan niet in een klimaatneutraal ziekenhuis. Voor een aantal operaties wordt daarom overgeschakeld op intraveneuze anesthetica, een techniek die bij het gebruik geen broeikasgassen produceert. Maar de productie van deze middelen kost wel energie en dus emissies, en bovendien leveren ze een flinke hoeveelheid afval op. Waar mogelijk wordt er dan ook gebruik gemaakt van pre-industriële verdovingsmiddelen, zoals alcohol. In combinatie met het stevig vasthouden van de patiënt kunnen op die manier kortere operaties – zoals amputaties – succesvol worden uitgevoerd.
Tot slot maakt het ziekenhuis in Bospolder-Tussendijken geen gebruik van wegwerpmaterialen. Het steriliseren, desinfecteren en wassen van kleding, hulpmiddelen en instrumenten kost ook energie, maar veel minder dan het produceren van steeds nieuwe producten.
Preventie: van ziekenhuis naar gezondheidshuis
De gezondheidszorg in Bospolder-Tussendijken is klimaatneutraal, maar ze biedt niet dezelfde service als die in andere, op fossiele brandstoffen draaiende ziekenhuizen. Sommige ziektes kunnen niet of minder goed worden gedetecteerd of behandeld. Een aantal medische procedures zijn wat pijnlijker. Het gebruik van kruidengeneeskunde en het hergebruik van medische producten brengen een aantal risico’s met zich mee. Toch zijn de inwoners van BoTu niet ongezonder dan andere Nederlanders, en is hun levensverwachting niet of nauwelijks gedaald.
Internationaal onderzoek naar duurzaamheid in de gezondheidszorg stelt al jaren dat de aandacht moet verschuiven van het behandelen van ziekten naar het voorkomen ervan. Immers, als mensen niet ziek worden, dan hoeven ze ook niet naar het ziekenhuis. Veel patiënten komen in de gezondheidszorg terecht omwille van welvaartsziekten, die te wijten zijn aan een slechte voeding, een gebrek aan lichaamsbeweging, een teveel aan stress, misbruik van verdovende middelen, of sociale isolatie.
Voorbeelden van welvaartsziekten zijn hart- en vaatziekten (de doodsoorzaak van 1 op 3 Nederlanders), obesitas (een risicofactor voor allerlei andere ziektes), diabetes type 2 (waar 1,2 miljoen Nederlanders aan leiden), depressie (waar 1 op de 5 volwassenen mee te maken krijgt) en kanker (die in 50-70% wordt veroorzaakt door een ongezonde levenswijze).
In Bospolder-Tussendijken zijn al deze welvaartsziekten verdwenen. Omdat de energieproductie in de buurt grotendeels steunt op menskracht, hebben de inwoners voldoende beweging, een sterk hart en een goed uithoudingsvermogen. Omdat huishoudelijke taken gemeenschappelijk worden georganiseerd, lijden mensen niet aan eenzaamheid of depressie, en grijpen ze niet naar drugs of alcohol om zich beter te voelen. De buurt kweekt zelf voedsel, dat vers wordt bereid. Stress op het werk is ook zeldzaam: geestdodende jobs zijn verdwenen.
Holistisch
Het belang van preventie gaat echter nog een stuk verder. Onderzoek toont bijvoorbeeld aan dat armoede en sociale ongelijkheid een belangrijke oorzaak zijn van gezondheidsklachten. Bospolder-Tussendijken is echter een inclusieve wijk, waar de gemeenschappelijke organisatie van huishoudelijke takern ervoor zorgt dat niemand in armoede leeft. Ook de inrichting van een buurt heeft een belangrijke invloed op de gezondheid van de bewoners. Zo rijden er in BoTu geen auto’s meer. Dat leidt tot een vermindering van het aantal zware letselongevallen, minder gezondheidsschade door luchtvervuiling, minder stress door lawaai, meer plaats voor spelende kinderen (geen ADHD), en natuurlijk ook minder welvaartsziekten door meer beweging. Samengevat: BoTu bekijkt gezondheid op een holistische manier.
De keuze voor hernieuwbare energie brengt echter ook een aantal nadelen met zich mee, waarop de lokale gezondheidszorg moet inspelen. De hogere lichamelijke activiteit zorgt weliswaar voor een verbetering van de algemene gezondheid, maar ze leidt ook tot meer problemen met spieren en gewrichten. Het aantal botbreuken is ook toegenomen.
Het gebruik van biomassa in open vuren heeft dan weer geleid tot een groter aantal brandwonden. Aanvankelijk werd ook gevreesd dat het gebruik van vuur tot een slechte luchtkwaliteit zou leiden. Dat blijkt uiteindelijk wel mee te vallen. Er zijn immers andere bronnen van plaatselijke luchtvervuiling verdwenen, zoals auto’s en scooters. Bovendien heeft onderzoek aangetoond dat de luchtvervuiling van de open vuren grotendeels door de wind naar Utrecht wordt gevoerd.
Corona-crisis
Bospolder-Tussendijken zette de eerste stappen naar een klimaatneutrale buurt toen in 2020 de corona-crisis uitbrak. In tegenstelling tot andere delen van Nederland en Europa ging de buurt echter niet in een lockdown. Die strategie is immers alleen maar mogelijk dankzij fossiele brandstoffen, bijvoorbeeld in de industriële landbouw en de voedseldistributie. Landbouw en voedseldistributie in Bospolder-Tussendijken zijn gebaseerd op menskracht, dus bij een lockdown zou iedereen van honger omkomen. Bovendien zou niemand kunnen douchen, koken, of naar het toilet gaan, omdat alle huishoudelijke taken gemeenschappelijk zijn georganiseerd.
Toch heeft het coronavirus in Bospolder-Tussendijken niet meer doden gemaakt dan in andere delen van Rotterdam en Nederland. Dat heeft veel te maken met het feit dat de inwoners een bovengemiddelde conditie hebben en niet lijden aan welvaartsziekten, die een belangrijke risicofactor voor complicaties zijn. Bovendien vertoeven mensen veel in de buitenlucht, waar de kans op besmetting veel kleiner is.
Inwoners die de ziekte toch krijgen en in ademnood komen, worden niet aan hun lot overgelaten. Klassieke beademingsmachines verbruiken te veel elektriciteit voor een klimaatneutraal ziekenhuis, maar er bestaat ook een op menskracht werkend beademingsapparaat dat helemaal geen emissies produceert: de “Ambu-bag”. Deze wordt 24 uur per dag door de familieleden en vrienden van de patient bediend om zuurstof in de longen te pompen.
In het ziekenhuis worden ook bloedtransfusies uitgevoerd: het bloed van mensen die al antistoffen hebben aangemaakt, wordt toegediend aan mensen die ziek zijn geworden.